Verscholen tussen het riet en het hoge gras ligt de oude joodse begraafplaats Zeeburg. De begraafplaats was tot 1942 in gebruik, en naar schatting zijn hier honderdvijftig duizend mensen begraven. Het is daarmee een van de grootste dodenakkers van Europa. Dit jaar bestaat de begraafplaats driehonderd jaar.
De joodse gemeente in Amsterdam nam in 1714 begraafplaats Zeeburg in gebruik. De begraaf-
plaats in Muiderberg, uit 1642, was wegens de enorme groei van de joodse bevolking in Amsterdam niet langer toereikend. Zeeburg was vooral voor de arme joden die geen graf konden betalen. Er zijn hier veel kinderen begraven, want de kindersterfte was in die tijd onder de armen zeer hoog. Ook begroeven ze er personen die op vrijdag, of de dag ervoor waren overleden. Het vervoer naar de begraafplaats in Muiderberg ging per paard, wagen en trekschuit. Dat was zó tijdrovend dat de nabestaanden onmogelijk op tijd terug konden zijn voor de sjabbat. Zeeburg lag vlakbij de stad.
Geen onderhoud
Sinds 1928 is de joodse begraafplaats onderdeel van het Zuiderzeepark. Het park, dat later Flevopark is gaan heten, is tussen de begraafplaats en het Nieuwe Diep aangelegd.
In 1956 verkocht het joodse kerkbestuur het oudste gedeelte, waar ongeveer 28 duizend doden lagen, aan de gemeente Amsterdam voor de aanleg van de Zuiderzeeweg (de weg over de twee bruggen naar Noord). De opgegraven lichamen gingen naar de joodse begraafplaats in Diemen. Begraafplaats Zeeburg is dan nog ongeveer acht hectare groot, en tot op heden is de joodse gemeente de eigenaar.
Na de Tweede Wereldoorlog is de begraafplaats niet langer onderhouden en is het volledig in de vergetelheid geraakt. Het metaheer- of reinigingshuisje en de waterpomp zijn verdwenen, en de grafzerken zakken steeds verder weg in het veen. In de zomermaanden staat het riet zo hoog, dat de grafstenen nauwelijks meer te zien zijn, maar ’s winters zijn er nog zo’n tweehonderd stenen zichtbaar. Velen kregen geen steen, maar een houten grafteken, en die zijn in de hongerwinter van 1944 opgestookt in kachels.
Renovatie
De in 2002 overleden schrijver/journalist Boudewijn Büch schreef in Het Parool van 18 juni 1982 het volgende: ‘Op een zomerse dag loop ik vanuit het eigenlijke Flevopark door een stenen poort Zeeburg op. Deze mooie poort is niet de oude ingang van het kerkhof. Het zogenaamde “Hekkepoortje” stond tot 1898 aan de opgang van de brug die over de tegenwoordige Singelgracht ligt. Het poortje werd in 1938 herbouwd op de plaats waar het nu staat. De “voormalige Israëlitische Begraafplaats Zeeburg” bestaat tegenwoordig uit drie delen waar openstaande smeedijzeren hekken naar toe leiden.
Het is warm als ik door het hoge gras loop. Overal liggen mensen, soms op oude zerken, de zon te aanbidden. Er wordt zelden of nooit gemaaid op Zeeburg; het zou ook nauwelijks kunnen want de maaimachine of zeis zou stukslaan op de duizenden stenen en steenbrokken die overal in het gras – op moerassige plekken zelfs in het riet – liggen.’
Dit artikel vormde de aanleiding voor de gemeente Amsterdam om begraafplaats Zeeburg te renoveren, maar het duurde nog tot 2013 voordat ze er daadwerkelijk begonnen. Marokkaanse en Joodse jongeren werkten eraan. Ook jongeren uit de Indische Buurt met een taakstraf gingen hier aan de slag. Ruim honderd grafstenen zijn door hen gerestaureerd. Nu is de begraafplaats elke eerste zondag van de maand opengesteld voor publiek (behalve in de winter).
Enkele jaren geleden schreef ik een gedicht over deze in vergetelheid geraakte laatste rustplaats.
Vergeten doden Talloze grafzerken hangen vergeten weggezakt in bevroren klei vage inscripties gebeiteld in tijd, mos heeft hier vrij spel rietpluimen deinen op de golven her en der een broze wilgenscheut in gevecht met de noordooster, gevelde beuk doorkruist een zerk gekras van kraaien in de verte witte reiger langs de waterkant loerend naar zijn dagelijkse kost, sneeuw geeft hem de perfecte dekking langs de kade is het zicht ontnomen blinde muur met prikkeldraad omwonden toegangspoort slordig weggemoffeld nabestaanden van deze graven afgevoerd voor hen in ’t Oosten geen graf met zerk, met deze dichtgemetselde poort is voorgoed de ballast der herinnering weggenomen.
Onlangs verscheen van historicus Bart Wallet een boek over de begraafplaats: Zeeburg. Geschiedenis van een joodse begraafplaats 1714-2014.
Verschenen in 'Dwars door de Buurt’ nummer 175, 31 oktober 2014. Gedicht ‘Vergeten doden’ opgenomen in de bundel Zijwaarts springen.